Contant geld wordt in de eurolanden steeds minder vaak gebruikt
Contant geld is aan de kassa nog steeds het meest gebruikte betaalmiddel in de eurolanden: 59% van de transacties werd contant afgerekend, tegen 34% met een pas (zowel de pinpas als creditcard). Maar het gebruik van contant geld is de afgelopen jaren fors gedaald (zie figuur 1). In 2016 werd nog gemiddeld 79% van de kassabetalingen afgerekend met contant geld. Ook de totale waarde van de kassabetalingen in contant geld is gedaald van 54% in 2016 naar 41% in 2022. De ECB constateert dat de pandemie deze daling mogelijk heeft versterkt, omdat er in veel eurolanden restricties of waarschuwingen van kracht waren om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan.
De daling van het gebruik van contant geld weerspiegelt vooral de toenemende populariteit van de pas: het gebruik hiervan is gemiddeld over alle eurolanden sinds 2016 bijna verdubbeld (zie figuur 1). Van al deze betalingen met pas wordt inmiddels 62% contactloos afgerekend. Dat is een stijging van 21 procentpunten in vergelijking met 2019. Daarnaast wordt ook de mobiele telefoon steeds vaker gebruikt bij de kassa. Veel mensen geven aan een pas te gebruiken, omdat zij het prettig vinden om niet meer veel contant geld op zak te hoeven hebben. Ook vinden zij het betalen met een pas gemakkelijker en sneller.
Figuur 1 - aandelen verschillende betaalmiddelen in het eurogebied