Samenvatting
De vooruitzichten voor de Nederlandse economie in de periode 2020-2022 staan
volledig in het teken van de Covid-19-pandemie en de overheidsmaatregelen om de
verspreiding van het coronavirus te beperken. De in het eerste en tweede kwartaal
van 2020 opgetreden economische schade is dermate omvangrijk, dat een diepe,
vrijwel wereldwijde economische recessie onontkoombaar is. In de raming voor 2020
daalt het bruto binnenlands product (bbp) in Nederland met 6,4%. Dat is de grootste
krimp in de naoorlogse geschiedenis en bijna twee keer zo groot als die tijdens de
kredietcrisis (2009). De particuliere consumptie krimpt met een ongekende 7,6%. De
bedrijfsinvesteringen (exclusief woningen) nemen af met 13,9% en de uitvoer daalt
met 10,9%. Enige compensatie komt van de overheidsbestedingen, die met 3,1%
groeien. Na 2020 treedt een langzaam maar gestaag herstel op, met een bbp-groei
in 2021 van 2,9% en 2,4% in 2022. De bestedingscategorieën die in 2020 het sterkst
krimpen, laten in de jaren daarna het grootste herstel zien.
De werkgelegenheid neemt flink af in 2020 en 2021. Daardoor gaat de werkloosheid
dit jaar omhoog naar 4,6% van de beroepsbevolking en stijgt deze volgend jaar
verder naar 7,3%. In 2022 volgt weer een daling naar 5,7%. De HICP-inflatie is
in de hele ramingsperiode laag. Dit jaar komt de inflatie (0,8%) vooral laag uit
door de scherp gedaalde olieprijs. Hoewel bedrijven met extra kosten te maken
krijgen, overheerst in de periode daarna gemiddeld genomen het effect van de
vraaguitval en loopt de inflatie slechts licht op, naar 1,1% in 2021 en 1,5% in 2022. De
overheidsfinanciën maken in 2020 een historisch grote omslag, van een comfortabel
overschot naar een tekort van 6,4% bbp. Ook in 2021 en 2022 schrijft de overheid
rode cijfers. Na een scherpe stijging met ruim 9 procentpunt in 2020 loopt de
schuldquote in de jaren daarna geleidelijk verder op tot gemiddeld 63,1% bbp in 2022.
Er bestaat veel onzekerheid over de verdere ontwikkeling van de Covid-19-
infecties, alsmede over de noodzaak, de duur en de effectiviteit van de toekomstige
contactbeperkende maatregelen. Scenario’s kunnen in dit geval behulpzaam zijn,
vooral omdat de onzekerheden rond de raming groter zijn dan gebruikelijk. In ECBverband is daarom besloten om naast de raming twee alternatieve scenario’s op
te stellen. De krimp van het bbp in 2020 varieert van 3,4% in het milde scenario tot
11,8% in het zware scenario. Deze scenario’s zijn niet bedoeld als uiterste onder- en
bovengrens van de mogelijke uitkomsten, maar illustreren wel dat er op dit moment
rond de raming een grote mate van onzekerheid bestaat.