Verouderde browser

U gebruikt een verouderde browser. DNB.nl werkt het beste met:

Renteafdekking (S1) en iteraties standaardmodel vereist eigen vermogen pensioenfondsen

Q&A

Vraag:

Hoe moet een pensioenfonds omgaan met het renteafdekkingsbeleid in de iteraties bij de vaststelling van het vereist eigen vermogen (VEV) op grond van het standaardmodel?

Gepubliceerd: 17 maart 2015

Laatste update: 18 juni 2024

Bekijk eerdere versies in het archief

Antwoord:

De manier van itereren is afhankelijk van het rentebeleid dat het pensioenfonds voert:

  • Het fonds richt zich met renteafdekking op (een percentage van) de rentegevoeligheid van de verplichtingen.
  • Het fonds richt het rentebeleid in op de rentegevoeligheid van het belegd vermogen.

Renteafdekking in iteratief proces

Een pensioenfonds bepaalt het VEV aan de hand van een iteratief proces, waarin vanuit de initiële balans wordt geïtereerd tot een evenwichtssituatie. Voor de evenwichtssituatie geldt dat het eigen vermogen precies gelijk is aan het eigen vermogen zoals berekend na toepassing van de voorgeschreven schokken op de balans in evenwichtssituatie. De wijze van itereren staat in artikel 2 van bijlage 3 van de Regeling Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling (Regeling Pw en Wvb). Dit proces bestaat uit het herhaald toepassen van het standaardmodel. Het beleggingsbeleid met de bijbehorende beleggingskarakteristieken blijft daarbij gelijk.

Bij de iteraties zijn er twee situaties of een combinatie daarvan voor S1 renterisico, afhankelijk van de manier waarop het pensioenfonds het renteafdekkingsbeleid vormgeeft:

  1. Het pensioenfonds hanteert een renteafdekkingsbeleid waarbij een percentage van de rentegevoeligheid van de verplichtingen wordt afgedekt, bijvoorbeeld 50 procent. In die gevallen blijft de impact van de renteschok op de activa en passiva (en daarmee de totale impact van S1) gelijk in de iteraties, omdat bij de iteraties de omvang en daarmee de rentegevoeligheid van zowel beleggingen als verplichtingen gelijk blijven.
  2. Het pensioenfonds hanteert een vaste rentegevoeligheid van de beleggingen, bijvoorbeeld een duration van 10 voor de beleggingen. In die gevallen wijzigt de impact van de renteschok op de activa in de verschillende iteraties, maar niet op de passiva. Bij de iteraties wijzigt immers de omvang van de beleggingen en daarmee de rentegevoeligheid van het eigen vermogen.

VEV bij feitelijke beleggingen

Voor de bepaling van het VEV bij de feitelijke beleggingen wordt in de iteraties op dezelfde wijze omgegaan met de renteafdekking als voor de bepaling van het VEV bij het strategisch beleggingsbeleid.

Er is een verschil tussen het strategische en feitelijke VEV voor wat betreft de iteraties van de renteschok:

  • Voor het strategische VEV gaat de berekening uit van het strategische afdekkingspercentage van bijvoorbeeld 50 procent of de strategische rentegevoeligheid met een duration van 10.
  • Voor het VEV bij de feitelijke beleggingen gaat de berekening uit van het feitelijke afdekkingspercentage van bijvoorbeeld 55 procent of de feitelijke rentegevoeligheid van een duration van 11.

Dynamisch rentebeleid

Als een pensioenfonds een dynamisch strategisch beleggingsbeleid voert, dan wordt deze dynamiek niet meegenomen in de iteraties voor de vaststelling van het VEV. Het strategisch beleggingsbeleid wordt constant verondersteld in de iteraties (dus steeds gelijk aan de situatie op balansdatum). Als het strategisch beleggingsbeleid voor de renteafdekking bijvoorbeeld een afdekkingspercentage kent dat afhankelijk is van de dekkingsgraad, dan wordt het afdekkingspercentage niet verhoogd of verlaagd als in de iteraties de dekkingsgraad wijzigt. Zie voor meer informatie Vaststelling vereist eigen vermogen bij dynamisch beleggingsbeleid en herstelplan.

Voor de berekening van het VEV bij de feitelijke beleggingen wordt het feitelijke afdekkingspercentage of de feitelijke duration constant gehouden in de verschillende iteraties.

Deze Q&A is aangepast per 18 juni 2024. Het betreft beperkte tekstuele aanpassingen. Daarnaast is de Q&A ingekort door het verwijderen van vier voorbeelden.

DISCLAIMER
Q&A’s bieden nader inzicht in de beleidspraktijk van DNB doordat we daarin wettelijke toezichtregels interpreteren. Onder toezicht staande instellingen kunnen ook op andere wijze aan de wet- of regelgeving voldoen. Instellingen moeten daarbij wel gemotiveerd aan DNB kunnen aantonen dat zij met hun invulling voldoen aan de wet- of regelgeving. Voor een nadere toelichting op de status van de beleidsuitingen van DNB zie de Leeswijzer beleidsuitingen DNB op Open Boek Toezicht.

Wettelijk kader:

  • Art. 24 Regeling Pw en WvB
  • Art. 25 Regeling Pw en WvB
  • Bijlage 3 Regeling Pw en WvB
  • Art. 132 Pw
  • Art. 138 Pw
  • Art. 12 Besluit ftk

Ontdek gerelateerde artikelen