Een onderneming die is aangesloten bij een bedrijfstakpensioenfonds is verplicht de premies te betalen aan het pensioenfonds. Artikel 23 van de Wet Bpf 2000 bepaalt dat een bestuurder van een onderneming ook in zijn privé-vermogen aansprakelijk is in het geval dat de premies niet betaald worden, veroorzaakt door kennelijk onbehoorlijk bestuur door die bestuurder. Bij het beoordelen of er sprake is van kennelijk onbehoorlijk bestuur speelt de meldingsregeling een belangrijke rol.
Meldingsplicht
Indien de onderneming haar premies niet meer kan betalen dient zij dat binnen twee weken nadat de premie betaald had moeten zijn te melden aan het bedrijfstakpensioenfonds. Bovendien is de onderneming verplicht op verzoek alle relevante informatie te verstrekken aan het pensioenfonds. De bestuurder van de onderneming is dan alleen in privé aansprakelijk indien aangetoond wordt dat het niet betalen een gevolg is van verwijtbaar onbehoorlijk bestuur.
Bewijslast
Indien geen melding wordt gedaan van de betalingsproblemen ligt de bewijslast omgekeerd. In dat geval gaat de wet er vanuit dat de bestuurder slecht bestuurd heeft, waardoor hij dus ook in privé aansprakelijk kan worden gesteld. Het is dan aan de bestuurder om te bewijzen dat hij geen schuld heeft aan de betalingsproblemen.