ECB neemt kosten eigenwoningbezit mee in inflatie
Als onderdeel van de strategieherziening heeft de ECB onderzocht hoe de kosten van eigenwoningbezit kunnen worden opgenomen in de HICP. Meerdere opties zijn bekeken en aan iedere maatstaf zitten haken en ogen. In lijn met de inzet van DNB is door de ECB uiteindelijk besloten de bestaande OOHPI-index op termijn op te nemen in de HICP. Voor het zover is, moet echter nog flink wat werk worden verzet. Zo is de OOHPI-index alleen op kwartaalbasis beschikbaar en niet voor alle landen, terwijl de HICP iedere maand verschijnt. Ook moet er nog een gewicht worden berekend die de post kosten eigenwoningbezit in de HICP krijgt. Hiermee gaat Eurostat aan de slag, in samenspraak met de nationale statistische bureaus. Tot slot moet er naast deze praktische zaken ook een juridisch proces worden doorlopen voordat de kosten eigenwoningbezit in de officiële HICP kunnen worden meegenomen.
Het gaat zodoende nog tot omstreeks 2026 duren voordat de aangepaste HICP inclusief de post kosten eigenwoningbezit is geïmplementeerd. Dat betekent echter niet dat er op de korte termijn niets verandert. Zo heeft de Raad van Bestuur van de ECB aangegeven de bestaande OOHPI-index voor het eurogebied al een plaats te geven in de beraadslagingen. DNB werkt ook hard aan een oplossing om de kosten van eigenwoningbezit zo goed mogelijk te verwerken in onze eigen analyses.
Uiteindelijke invloed op de inflatie naar verwachting beperkt
Gebruikmakend van de beschikbare data en een schatting van de gepaste gewichten, zou het meewegen van de kosten eigenwoningbezit het afgelopen decennium de HICP-inflatie in het eurogebied gemiddeld ongeveer 0,2 procentpunt hoger hebben doen uitvallen. Voor Nederland, waar de OOHPI-inflatie hoger ligt, zou de HICP momenteel ongeveer 0,5 procentpunt hoger uitkomen. Uit figuur 1 blijkt dat dit overigens niet altijd het geval hoeft te zijn. Er is ook een aantal jaren geweest waarin de OOHPI-index minder snel toenam dan de HICP. De invloed zal naar verwachting dus merkbaar, maar beperkt zijn. In periodes waarin de ontwikkeling van huizenprijzen sterk afwijkt van de HICP en het gewicht van de kosten van eigenwoningbezit relatief groot is, , kan de invloed van OOHPI op de HICP groter zijn. In Nederland zou dit, zeker terugkijkend, het geval zijn geweest.