De Commissie beoogt met deze wijzigingen de rol van de verzekeringssector in langetermijninvesteringen te versterken en deze veerkrachtiger te maken om zo verzekeringnemers beter te beschermen. Bovendien streeft de Commissie na om bij te dragen aan de verhoging van de effectiviteit van de kapitaalmarktenunie, de groene en digitale transities en de economische groei in Europa.
Volgende stappen en verwachte tijdslijnen
De wijzigingen treden 20 dagen na publicatie in werking, dus op dinsdag 28 januari 2025. De nieuwe regels worden nationaal van kracht op maandag 30 januari 2027.
Naar aanleiding van de wijziging van de Richtlijn zal ook Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/35 worden herzien. De Europese Commissie zal hiertoe in de loop van 2025 een tekstvoorstel consulteren.
Grootste veranderingen en openstaande punten
De wijzigingen van de Richtlijn betreffen diverse onderwerpen. Het gaat onder meer om:
- Wijzigingen in de berekening van de technische voorzieningen en het solvabiliteitskapitaalvereiste
De Richtlijn schrijft een alternatieve methodologie voor die moet worden gebruikt voor de extrapolatie van de risicovrije rentevoet naar looptijden waarvoor onvoldoende marktinformatie beschikbaar is. Als de rente laag is, leidt de alternatieve methode tot een meer prudente berekening. Andere aanpassingen in de technische voorzieningen leiden minder prudentie.
- Macroprudentiële instrumenten
De herziening voorziet daarnaast in de invoering van enkele macroprudentiële instrumenten gericht op het mitigeren van systeemrisico's of de opbouw ervan. Een voorbeeld is het opstellen van liquiditeitsrisicobeheerplannen ten behoeve van het versterken van het liquiditeitsrisicobeheer van verzekeraars. Ook kan de toezichthouder bij uitzonderlijke sector-brede schokken maatregelen treffen om de financiële positie van verzekeraars met een kwetsbaar risicoprofiel beter te beschermen.
- Evenredigheidsmaatregelen
De herziening introduceert verder een aantal verlichtingen - zogeheten evenredigheidsmaatregelen - voor kleine en niet-complexe ondernemingen (SNCU’s). Om als SNCU te mogen worden aangemerkt, dient een instelling aan een aantal criteria te voldoen. De evenredigheidsmaatregelen omvatten o.a. een lagere frequentie van ORSA-rapportages en een toestemming om de uitvoering en vervulling van sleutelfuncties te combineren.
De Richtlijn benoemt dat onder bepaalde voorwaarden ook niet-SNCU’s van een aantal van deze evenredigheidsmaatregelen gebruik kunnen maken. Deze voorwaarden zullen worden uitgewerkt in de Gedelegeerde Verordening.
- Duurzaamheid
Naar aanleiding van de herziening moeten verzekeraars specifieke plannen ontwikkelen en monitoren om de financiële risico’s die voortvloeien uit duurzaamheidsfactoren aan te pakken. Verzekeraar bepalen deze plannen zelf.
Ook dienen verzekeraars te beoordelen of zij materiële blootstelling aan klimaatveranderingsrisico’s hebben. In het geval dat een verzekeraar materiële blootstelling aan klimaatveranderingsrisico's heeft, specificeert deze verzekeraar (m.u.v. de kleine en niet complexe verzekeraars) ten minste twee langetermijnklimaatscenario's in de ORSA.
Verder dienen verzekeraars bij het bepalen van hun beleggingsstrategie expliciet rekening te houden met het effect van duurzaamheidsrisico’s op hun beleggingen en de potentiële langetermijneffecten van hun beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren.
Publieke consultaties van EIOPA
EIOPA, de Europese toezichthoudende autoriteit voor verzekeringen en pensioenen, zal tekstvoorstellen doen voor technische standaarden die een nadere invulling geven aan de Richtlijn. Deze technische standaarden worden de komende maanden geconsulteerd.
Contact
Voor vragen over de implementatie van deze Richtlijn kunt u contact opnemen met DNB via solvency2@dnb.nl.
Interessante links
De publicatie in het Publicatieblad van de Europese Unie: Directive - EU - 2025/2 - EN - EUR-Lex.